Uit de Matthhäus Passion een Arioso (18) en een Aria (19). Dit wordt gezongen na het avondmaal en voordat Jezus en ZIjn discipelen naar de Olijfberg vertrekken waar Jezus de verloochening van Petrus aankondigt.
Wiewohl mein Herz in Tränen schwimmt,
Daß Jesus von mir Abschied nimmt, So macht mich doch sein Testament erfreut: Mein Fleisch und Blut, o Kostbarkeit, Vermacht er mir in meine Hände. Wie er es auf der Welt mit denen Seinen Nicht böse können meinen, So liebt er sie bis an das Ende. |
Hoewel mijn hart in tranen zwemt
nu Jezus afscheid van mij neemt ben ik toch blij om Zijn nalatenschap: Zijn vlees en bloed, O kostbaarheid, laat hem na in mijn handen. Zoals hij op aarde steeds met de Zijnen omringd niets slechts voorhad, zo heeft Hij hen nu lief tot aan het eind. |
Ich will dir mein Herze schenken,
Senke dich, mein Heil, hinein! Ich will mich in dir versenken; Ist dir gleich die Welt zu klein, Ei, so sollst du mir allein Mehr als Welt und Himmel sein. |
Ik wil mijn hart geven O Heer,
vervul het van U. Ik wil slechts vanuit U leven en helemaal opgaan in U. En is deze wereld misschien te klein, dan zult Gij mij hemel en aarde zijn. |